Download nu de oratie van Anne Goossensen over vrijwilligers in de palliatieve zorg
Vrijwilligers worden steeds belangrijker in de zorg aan mensen die stervende zijn. Bij deze zorg wordt nauw samengewerkt met de mantelzorgers en de beroepsmatige zorg. Om deze samenwerking te optimaliseren is het belangrijk dat we eigen begrippen ontwikkelen die de specifieke waarde van de vrijwilligers verwoorden, en die helpen om hun kwaliteit inzichtelijk te maken. Vanmiddag sprak prof.dr. Anne Goossensen haar oratie uit met de titel


De verwachting is dat het aantal sterfgevallen na een ziekbed in Nederland de komende jaren fors toeneemt: van 8.200 naar 10.000 per jaar. Hier komt bij dat Nederlanders in de toekomst steeds vaker thuis of in een hospice zullen sterven. De inzet van opgeleide vrijwilligers is hierbij onmisbaar. Zij ondersteunen mensen thuis, in hospices en steeds vaker in zorginstellingen en werken nauw samen met de beroepsmatige zorg. In Nederland leveren ruim 11.000 vrijwilligers een bijdrage aan de palliatieve terminale zorg, de zorg aan mensen in hun allerlaatste levensfase.
Voor vrijwilligers is transparantie over resultaten en het inzichtelijk maken van de kwaliteit steeds meer nodig om mee te tellen als partij in het complexe veld van de zorg. Alleen het benoemen van positieve ervaringen is niet meer genoeg. Tegelijkertijd is duidelijk dat vrijwilligers geen professionals moeten worden, omdat zij een eigen specifieke toegevoegde waarde brengen. Hoe kunnen we deze waarde het beste uitdrukken en toezien op hun inzet en kwaliteit? Anne Goossensen gaat op zoek naar passende kwaliteitsevaluaties. Hierbij geeft zij aan dat het belangrijk is om het relationele karakter van de vrijwilligersbijdrage te erkennen en beschermen. Een nadere uitwerking van het begrip waardigheid – cruciaal voor patiënten – biedt wellicht mogelijkheden om de waarde van vrijwilligers rondom het levenseinde opnieuw te doordenken, evalueren en versterken.

Prof.dr. Anne Goossensen (1966) is hoogleraar Zorgethische aspecten van informele zorg, en bijzonder hoogleraar Vrijwilligers Palliatieve Terminale Zorg Nederland, beide aan de Universiteit voor Humanistiek. Ze onderzoekt de kwaliteit van zorg vanuit een zorg-ethisch perspectief. In haar projecten, boeken en artikelen staat het bevorderen van humane zorg centraal. Ze past concepten en meetmethoden toe die registreren in hoeverre mensen zich ‘gezien’ voelen, erkenning ervaren, of aandacht krijgen voor hun (existentiële) moeites in zorgsituaties. Bijzondere focus bestaat daarbij op de ouderenzorg, mensen in de laatste levensfase en vrijwilligers die hen ondersteunen. Ze publiceerde onder andere 'Daar doe ik het voor.’ Ervaringen van vrijwilligers in de palliatieve zorg. (2014), met Mart Sakkers. Hoe word je een Bianca? 57 dagen in een verzorgingshuis (2014) met Dirk Pool. ‘Gezien of niet?’ Verbeeldingen in de geestelijke gezondheidszorg (2013) met Anne Oude Egberink, en Schetsen van mismatch. Een zorgethische visie op evaluatieonderzoek (2013).
VPTZ is de koepelorganisatie voor organisaties in de vrijwillige palliatieve terminale zorg en ondersteunt ruim 200 organisaties, behartigt hun belangen en stimuleert de kwaliteit van de zorg en ondersteuning.
Vrijwilligers worden steeds belangrijker in de zorg aan mensen die stervende zijn. Bij deze zorg wordt nauw samengewerkt met de mantelzorgers en de beroepsmatige zorg. Om deze samenwerking te optimaliseren is het belangrijk dat we eigen begrippen ontwikkelen die de specifieke waarde van de vrijwilligers verwoorden, en die helpen om hun kwaliteit inzichtelijk te maken. Donderdag 16 juni 2016 spreekt prof.dr. Anne Goossensen haar oratie uit met de titel 'Naar de poëtica van de ander. Waarde van vrijwilligers in palliatieve zorg'.